vrijdag 23 oktober 2009

"Anthem for Doomed Youth"


Anthem for Doomed Youth – by Wilfred Owen

What passing-bells for these who die as cattle?
Only the monstous anger of the guns.
Only the stuttering rifles' rapid rattle
Can patter out their hasty orisons.
No mockeries now for them; no prayers nor bells,
Nor any voice of mourning save the choirs,--
The shrill, demented choirs of wailing shells;
And bugles calling for them from sad shires.
What candles may be held to speed them all?
Not in the hands of the boys, but in their eyes
Shall shine the holy glimmers of good-byes.
The pallor of girls' brows shall be their pall;
Their flowers the tenderness of patient minds,
And each slow dusk a drawing-down of blinds.
Achtergrond informatie
Wilfred Owen is bekend door zijn gedichten ‘Anthem for doomed youth’ en ‘Dulce Decorum Est’. Met zijn gedichten heeft hij veel invloed gehad op de houding van mensen tegenover de oorlog. Hij schrijft op een manier die gevoelens van medelijden koppelt aan de harde realiteit.
De titel van het gedicht ‘Anthem for Doomed Youth’ betekent ‘Het lied voor de (ten dode) gedoemde jongelui’. Een ‘Anthem’ is een volkslied, ook wel een ‘solemn song’, een ernstig geschreven lied.
Het gedicht bevat veel vergelijkingen. Het begint met doodsklokken die klinken voor jonge soldaten, zij worden vergeleken met het vee, dat op een gruwelijke manier geslacht wordt. Maar het geluid van deze doodsklokken staat eigenlijk voor de monsterlijke herrie die de geweren maken. De soldaten die naar het slagveld gestuurd zijn, hebben eigenlijk geen toekomst meer, ‘can patter out their hasty orisons.’ Schijnvertoningen van hen, die bidden of klokken luiden, helpen niet, omdat zij toch de dood worden ingejaagd.
Er volgt weer een vergelijking, geen enkele vertoning van rouw kan de koren redden, met deze koren worden koren van huilende granaten bedoeld. Een laatste lied klinkt voor de soldaten ‘a bugle’.
In de tweede strofe worden kaarsen opgestoken ‘to speed them all’, om de soldaten een goede reis, het is een eerbetoon. In de ogen van de soldaten is een schijnsel te zien, hiermee zeggen zij eigenlijk al gedag tegen iedereen, zij weten dat zij het niet zullen overleven. ‘shall shine the holy glimmers of good-byes.’
Als toeschouwers van de stoet met soldaten, en enkele gesneuvelden, staan vrouwen. Zij zijn lijkbleek, door de hele toestand, of omdat zij een geliefde hebben verloren. Hun gezichten zijn spierwit, lijkbleed. Deze gezichten worden vergeleken met een lijkkleed, wat over de doodskist komt te liggen. Hun bloemen tonen de zachtaardigheid en hun stille gedachten.
And each slow dusk a drawing-down of blinds’, dit betekend letterlijk het neerlaten van de rolluiken bij schermering. De gedachte hierachter is dat de vrouwen die hun geliefde verloren hebben alleen overblijven, en ’s avonds alleen zitten. Het woord ‘dusk’ weergeeft een donkere, trieste betekenis aan het einde van het gedicht.

Het gedicht heeft een hele belangrijke boodschap, het toont protest tegen soldaten die naar het slagveld worden gestuurd.
Ook bevat het dus veel vergelijkingen, hiermee komt de boodschap van het gruwelijke nog beter over. Enkele belangrijke vergelijkingen zijn: de koren die worden vergeleken met alle granaten, de spierwitte gezichten die worden vergeleken met de lijkkleden en de rolluiken die worden neergelaten die worden vergeleken met de achtergebleven vrouwen in schemer.
Er zijn ook een aantal nelangrijke woorden die licht of donker uitdrukken. Zoals dusk: de schemering staat voor eenzaamheid, candles: het licht geeft eerbetoon en holy glimmers: de gezichtsuitdrukking van de soldaten, die hiermee gedag zeggen.

Onze mening
We vinden ‘Anthem for Doomed Youth’ een mooi gedicht. Het kritiek op de soldaten die naar het slagveld worden gestuurd, komt erg duidelijk over. Dit komt door de vele vergelijkingen, zoals het donker dat voor eenzaamheid staat en het licht dat voor eerbetoon staat. Het gedicht zet je ook aan het denken omdat granaten worden vergeleken met koren, en spierwitte gezichten met lijkkleden.
We vinden het erg goed dat de schrijver kritiek toont op de oorlogsomstandigheden, deze zijn erg slecht en hierdoor sneuvelen ongelofelijk veel soldaten. Hun vrouwen blijven hierdoor alleen achter. Sommige delen in het gedicht zijn dus ook zielig.

2 opmerkingen: